Zaterdag 31 maart. De laatste dag van de maand maart. Stille zaterdag, de dag die volgt op Goede Vrijdag. En goed was de Vrijdag. Niet in de bijbelse, maar in de dagelijkse, gewone zin van het woord. Het was goed om de jongetjes en hun ouders nog een dagje extra te zien, te knuffelen en in de buurt te hebben. Maar nu ging het toch echt gebeuren. Ze gingen vandaag echt terug naar Kaapstad.
Om half zeven liep de wekker af maar we waren allebei al wakker. Snel gewassen en aangekleed. Na ontbijt en een kop koffie zaten we om zeven uur in de auto. Het is op zaterdagochtend vroeg maar 40 minuten naar de luchthaven maar we wilden geen enkel risico lopen. Beter te vroeg dan te laat en elke minuut dat we ze extra zagen was meegenomen :-)
We komen er aan app-te ik naar de zonen. Groeten uit Zeeland app-te de dochter die daar op vakantie was en niet mee kon om haar broertje gedag te zeggen. Wij zitten ook net in de auto zeiden zoon Chris en zijn dochters. Wat leuk toch, zei ik tegen de man. Wat fijn dat we ze met zijn allen uit kunnen zwaaien. Dat was met die andere vlucht niet gelukt. De man glimlachte wat. Hij is een man van weinig woorden. Gelukkig is het rustig op de weg zei hij.
Ja, dat is in de week wel anders, zei ik. Op de A4 is het altijd druk. Maar nu gelukkig niet. Totdat.... we voor Leiden de knipperlichten zagen branden. Eerst 90 km. Daarna 70 en 50 km...... daarna stond het stil. En bleven we stilstaan. Heel lang stilstaan.
Op de radio hoorden we van een ongeluk dat gebeurd zou zijn. We zagen takelwagens, ambulance en verschillende politiewagens langsrijden op de vluchtstrook. Het zag er zeer serieus uit. Jongste liet intussen weten dat hij de koffers vast ingevoerd had. Ze zouden in vertrekhal 2 op ons wachten. Wij lieten weten dat we in de file stonden en dat we hoopten op tijd daar te zijn.
Zoon 1 was inmiddels gearriveerd en had zijn broer gevonden. Gelukkig! Zo zou jongste niet zonder afscheidszwaaien en kusjes (daar zijn de dametjes heel goed in) weg hoeven gaan. Veel later (we hadden de moed om op tijd te komen inmiddels bijna opgegeven) kwam er toch wat beweging in het verkeer. Hoera!
Via de vluchtstrook konden we langs de plaats des onheils. Later hoorden we dat een vrachtwagen ingereden was op een auto van Rijkswaterstaat die bezig was met een afhandeling van een eerder ongeval. De vrachtwagenchauffeur blies 910 Ug/l en testte positief met speeksel op drugs. We schrokken enorm van de ravage toen we langs het ongeluk reden, maar wonder boven wonder was er niemand gewond geraakt. Zo hard we konden reden we naar Schiphol want we wilden de kinderen echt nog heel graag even zien. Wat is het dan fijn om een mobieltje te hebben. Rennen jullie nu naar buiten dan komen wij er Nu aan. We komen er nu aan. Buiten net in de bocht tussen vertrekhal 2 en 3.
En dat deden ze. Zo snel als hun kleine beentjes konden rennen, kwamen ze naar ons toe. Een van de parkeerwachten wilde boos naar ons reageren, want we mochten daar niet staan en parkeren (begrijpelijk) maar smolt weg toen hij die stralende koppies van de kleintjes en hun vader zag. Zoon 1 kwam er met de meisjes achteraan. Die nam even later de twee jongetjes mee terug naar binnen en zo konden wij afscheid nemen van onze jongste zoon. Onze Maarten. Op de laatste dat van de maand Maart. Ja, er waren tranen. Want ook hij zal ons missen. En oh, wat zullen wij Hem missen. Het is net of er een stukje van je hart uitgerukt wordt. Maar het is niet anders. Hij heeft gekozen voor een leven daar, ver weg van het land waar hij geboren is. We begrijpen en respecteren zijn keuze. Nog een laatste zwaai en weg wat hij. Dag lieverd. Tot snel!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten