maandag 2 augustus 2021

De tuin #1...

In onze vorige woonplaats hadden we een heel fijn huis maar heel weinig grond daaromheen. Eigenlijk hadden we nooit een grote tuin behalve in Egypte. In de miljoenenstad Caïro huurden we een huis van een Engelse dame met een grote tuin. Bij de huur inbegrepen waren de werkster en de tuinman. Wat een luxe was dat. Hilarisch was het dat ik er na verloop van tijd achterkwam dat de werkster de dochter van de tuinman was, dat had dus niemand me verteld. Zij waren heel arm en spraken geen woord Engels. Het duurde dus even voor mijn Arabisch goed genoeg was om hen te kunnen begrijpen. Ja, dat was heel grappig. Geen grote tuinen dus maar wel meestal gezellig ingericht. Alleen onze laatste tuin was een drama. Want de tuin was niet alleen heel klein maar we konden nergens buiten zitten. Voor was geen zon en reden er constant heel veel mensen op de fiets langs. Achter was wel zon maar was er zoveel verkeerslawaai dat we zelfs de keukendeur niet open konden laten als het mooi weer was. Over de uitlaatgassen zullen we het maar niet hebben. Toen we dus een ander huis zochten was een van de voorwaarden dat we een tuin van fatsoenlijke afmeting zouden krijgen met ook nog eens voldoende privacy.
We zouden immers net zo lang zoeken tot we ons droomplekje gevonden hadden. Nou, dat viel nog niet mee. Uiteindelijk stopten we met zoeken en vond dit huis ons. Ik heb er al vaker over geschreven. 1500 vierkante meter grond hoort er bij dit huis. Met alle privacy die we maar willen. We knijpen ons nog elke dag in de arm omdat we het bijna niet geloven kunnen.Groot geluk was het dat we de jonge hovenier tegen het lijf liepen. Hij adviseert niet geldgedreven maar uit liefde voor alles wat groen is. En hij levert ook nog eens puik werk af. We doen al het onderhoud zelf maar soms komt hij ons helpen. Hij heeft daar prima machines voor. Die maken dat alles net wat gemakkelijker gaat. Zo maakte hij een strook langs het huis waar we bloemenmengsel zaaiden voor de bijen van de buurman. Hier zie je de eerste zaden opkomen.
De oude muur aan de achterkant van de tuin is schaduwrijk maar toch groeit er best het een en ander. Zo plantten we vrouwenmantel, vingerhoedskruid, een vlinderstruik en nog wat ander spul. Meestal weet ik niet hoe het heet. Ik kijk gewoon naar een foto in een tuinboek en of het kan groeien op de plek die ik voor de plant bedacht had. Ja, zo werkt het hier. Je moet het niet te moeilijk maken toch?
Je zoekt wat uit, de plantjes staan en zien er dan zo klein en teer uit. En dan denk je: zijn het er wel genoeg? Gaan ze het wel redden? En elke tuin weer denk ik dat. En altijd weer komt het goed. Soms gewoon goed, soms net niet goed genoeg, soms heel erg goed. Hier (14 mei) ziet alles er nog klein en nietig uit. De leilinden doen het al wel heel aardig en geven een mooi contrast met de tuinmuur.
Ik denk in bloemen maar de jonge hovenier denkt in blad. Blad is net zo belangrijk als bloemen, Tineke. Ja denk ik dan. Dat is zo. Blad is belangrijk. Zeker in de winter. En zo kwam er iets roods bij. Rode struiken want rood was ooit heel lang mijn lievelingskleur. Als ik mijn rode auto daar niet ver vandaan parkeer staat dat echt gezellig! Hee, grapje hoor!
Als laatste laat ik jullie de vijg zien. We kregen dit voorjaar een stekkie van een van de buurmannen. Er zitten lekkere vijgjes aan. Ik maakte deze foto op 15 mei. De verjaardag van vriendin waar ik in mijn vorig blog over schreef. Ze was degene die voor het eerst tijdens een lunch een vijgensalade maakte. Met vijgen uit haar eigen tuin. Ik gebruik het recept nog steeds. Het zit als een los papiertje in het kookboek van mijn schoonmoeder waar ik ook de folder vond met de tomatenrecepten. En zo is de cirkel weer rond :-)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten