zaterdag 15 juli 2017

De sprei...

4 juli.Vandaag laat ik jullie de sprei van zuster Louwerens zien. Many moons ago begon ik een carrière in de verpleging. Dat was best een dingetje. Want eigenlijk was ik daar niet echt geschikt voor. Ik raakte snel van mijn padje, was super verlegen en vond eigenlijk alles en iedereen zielig. Ik was bang mensen pijn te doen en werd naar van bloed. Waarom ik dan toch aan deze carrière begon? Geen idee. Ik wist niet wat ik wilde en mijn moeder (zeer praktisch ingesteld) gaf mij het advies om dan in de verpleging te gaan want daar zou ik later altijd voordeel van hebben. De rest van mijn leven, zei ze erbij. 


Ik trok vanuit het kleine dorp achter de hoge beschermende dijk, de wijde wereld in. Het avontuur tegemoet in de grote stad waar ik de opleiding zou gaan doen. Zo was het mij voorgesteld. Maar ik voelde alleen angst en had in het begin verschrikkelijk veel heimwee. Twee uur lang moest ik reizen. Eerst anderhalf uur met de bus, langs de dijk. In elk dorp stopten we een paar keer. Dan vervolgde ik mijn reis met de trein en dan het laatste stuk weer met de bus. Ik, die al wagenziek was als ik maar aan een bus dacht. Het was een drama (en dan druk ik me nog zacht uit)


En toen kwam de dag dat we 'losgelaten' werden op echte mensen. Na de theorie van het klaslokaal was dat best een 'dingetje'. Ik had de nacht voorafgaand aan de dag dat het zover was, geen oog dicht gedaan. Ik vond het zo eng en ik was zo bang dat ik mensen pijn zou doen. Of dat ik iets verkeerd zou doen. Gelukkig viel het allemaal mee. Een mens lijdt het meest door het lijden dat hij vreest, maar nimmer op komt dagen zei Franklin D Roosevelt ooit eens. Deze spreuk heeft trouwens jaren en jaren bij onze dorpsdokter in de wachtkamer gehangen, maar dat terzijde.


In mijn nieuwe witte jurk ging ik naar de afdeling. Haren netjes in een staart, losse pieken weggewerkt met een hele rij schuifspeldjes. Een naturel-kleurige panty en schoenen met rubber zolen; de veters gestrikt met een knoop erop. Geen make-up. Geen ringen of kettingen. Niks was aan het toeval overgelaten en zo waren de regels destijds.


Ik werd ontvangen door de zeer strenge hoofdzuster. Zij legde me uit dat ze hield van orde en regelmaat. Dat ze me nooit wilde betrappen op giechelen, kletsen of NIETSDOEN !!! Och och, ik geloof dat ik nu postuum medelijden heb met het toch al zo timide meisje wat ik toen was. Ik werd toegevoegd aan een ervaren kracht. Daar moesten we de eerste week mee meelopen en we konden er alles aan vragen. En toen was ze daar ineens...... zuster Louwerens. Mijn reddende engel. Ze was lief, zacht maar ook ferm, kordaat, wist van wanten, had oog voor de patiënt, was altijd bezig en deed precies wat een goede zuster moest doen. En ze nam mij onder haar vleugels. Wat een geluk!!


Langzaamaan kreeg ik het vak onder de knie en kreeg ik zelfvertrouwen. Ik slaagde met vlag en wimpel, dankzij haar en op de dag dat ik slaagde ging zij met pensioen. Later werd ik nog hoofd van een afdeling. We verloren elkaar uit het oog maar op mijn trouwdag was ze daar ineens. Met een mooie gehaakte sprei. Ze was oud geworden en broos maar haar ogen waren niet veranderd, die waren nog steeds lief. Uren en uren had ze zitten haken aan deze mooie sprei en nog heel veel jaren lag hij op bed. Later op de bank. Toen hij helemaal versleten was heb ik er de nog goede stukken uitgeknipt en voor andere dingen gebruikt. Lieve zuster Lourens leeft niet meer en ik werk al jaren niet meer in de verpleging.
-
Mams had achteraf wel gelijk. Ik heb destijds veel geleerd en ik gebruik sommige vaardigheden nog steeds. Het was niet mijn ding maar het was ook zeker niet voor niks. Het was een goede leerschool, al was het alleen maar om te weten wat ik niet wilde.

1 opmerking:

  1. Wat een mooi verhaal. Fijn dat je toch positieve ervaringen had. En die dromen, dat herken ik. Ik moet nog regelmatig examen doen ' s nachts. Brr. Je sprei was mooi. Ik heb mijn sprei nog, gehaakt door mijn tante en al 40 jaar oud. Af en toe koop ik er nog eens eentje, want ik houd van het mooie handwerk. En dan komen ze vaak op de eettafel terecht. Vinden we gezellig.

    BeantwoordenVerwijderen